Na vorig jaar twee weken en dit jaar twee etappes zelf deel uitgemaakt te hebben van het Tour de France-circus, zou een ‘gewoon’ bezoekje aan het mooiste wielerevenement ter wereld wel eens tegen kunnen vallen. Maar de Tour blijft de Tour. En dat Grand Départ was geweldig, maar de Ronde van Frankrijk beleef je natuurlijk pas echt in het land van Hinault, Fignon en Thévenet.
Op naar la douce France dus, voor etappe nummer 13 van Muret naar Rodez. Ogenschijnlijk een lange, niet al te lastige etappe met een leuk klimmetje in de laatste 500 meter. Ik zet in mijn Tourpoule (voor de zoveelste keer) alles in op John Degenkolb (nee Sagan heb ik niet, die was te duur).
Op 350 meter van de streep vinden we een mooi plekje in de klim vlak na een bocht, waar we via de Franse speaker de koers proberen te volgen. Niets beter dan een hysterisch enthousiaste Fransman die aan één stuk door het koersverloop door de speakers tettert. “Echappée à treeeeente kilomètre de l’arrivéeee!”. Enthousiast is hij vooral vanwege Alexandre Geniez, de Franse renner van FDJ die geheel ontoevallig in Rodez is geboren.
Local hero Geniez rijdt samen met vijf andere renners – waaronder Wilco Kelderman – op voorsprong. Die kopgroep levert direct een dilemma op. Want natuurlijk willen we niks liever dan een Nederlandse etappewinnaar. En oh, wat gun ik Team LottoNL-Jumbo een succes in deze ronde. Maar ja, die Tourpoule hè…
De karavaan is – ook als je er zelf zo’n vijftien etappes als caravanier op hebt zitten – een heerlijk feestje. Ik merk weer even vanaf de zijlijn wat de karavaan in mensen losmaakt. Hebberigheid wordt overheerst door vrolijkheid. Zo vlak voor de streep moeten de goodies moeten op en worden soms met handenvol richting publiek gegooid. Ook wij vangen hoedjes van Cochonou, petten van LCL, sleutelhangers van BIC en Kleber, snoep van Haribo, tassen van Cornetto, opblaaskussentjes van Ibis, t-shirts van RAGT, enzovoorts.
De grootste helden van de karavaan zijn vandaag de jongens en meisjes van Vittel. De zon brandt en het is zo’n 40 graden Celsius. Schaduw is er niet langs het parcours, dus het is heet. Heel erg heet. De speaker adviseert tussen de koersupdates door om een pet te dragen en vooral veel water te drinken. De watersproeier op de Vittel wagen wordt dan ook met gejuich ontvangen en om de flesjes water die ze uitdelen wordt bijna gesmeekt.
De speaker vertelt ons dat Kelderman er met twee andere renners vandoor gaat uit de kopgroep. Aan één stuk door krijgen we updates over het aantal kilometers dat de mannen nog moeten fietsen en de voorsprong in minuten – en later in seconden – op het peloton. Onze inschatting: Neerlands trots in deze etappe gaat voor onze neus ingehaald worden door het peloton met razende sprinters en klassementsmannen. We zitten er niet ver naast. Het zijn Keldermans laatste meters op kop. De klim blijkt venijnig. Sommige mannen zwalken over de weg en hebben moeite om op hun fiets te blijven zitten. Anderen trekken zo’n van pijn vertrokken grimas dat het lijkt of ze ieder moment in huilen uit kunnen barsten.
Kelderman wint dus niet. En ook Degenkolb – want daar ging het natuurlijk eigenlijk om – komt niet als eerste over de streep. Maar wat doet het er toe? We plakken van zweet en zonnebrand, hebben de Tourhelden van dichtbij zien lijden en op de foto gezet. Wat is de Tour toch mooi. In Nederland en in Frankrijk. Van binnen en van buiten. Vive le Tour!